Conclusie

De transitie naar een duurzaam en toekomstbestendig mobiliteitssysteem is veel breder dan de verandering van energiedragers in vervoermiddelen. Toch lijkt de focus van innovatie en de aandacht die de diverse onderwerpen krijgen zich veelal te richten op vervoermiddelen. Tegelijk is er veel onderzoek en ontwikkeling gaande op ketenreizen (flexibele inzet van diverse modaliteiten in één reis), inzet op actieve mobiliteit (fietsen en lopen) en het combineren van personen- en goederenvervoer (multimodale hubs). Dit vraagt om eerst goed na te denken over het inrichten van het mobiliteitssysteem alvorens dit te vertalen naar het type en functionaliteit van het voertuig. De Raad voor de Leefomgeving en infrastructuur (RLi) gaat zelfs nog een stap verder en stelt in haar advies over integraal bereikbaarheidsbeleid25 dat eerst moet worden nagedacht over de brede welvaart en de soort maatschappij die we voor ogen hebben en daarna pas over de rol van mobiliteit hierin.

Nieuwe ontwikkelingen vragen ook om verandering van gedrag en houding ten opzichte van die ontwikkelingen. Zo zien we een vraag naar een actieradius die vergelijkbaar is met wat we nu gewend zijn, terwijl de gemiddelde Nederlander in de praktijk slechts vijftien kilometer per dag rijdt. Gebruikers staan vaak huiverig tegenover veranderingen, maar omarmen wel een nieuwe situatie als die er eenmaal is. Zolang die nieuwe situatie er nog niet is en verdienmodellen voor de gebruiker vaak alleen nog op papier bestaan, moeten we er rekening mee houden dat gebruikers verleid moeten worden richting duurzame opties. Ook moeten we ons realiseren dat gebruikers vaak kiezen voor de opties die ze in het hier en nu kunnen overzien. Daarbij zijn hun keuzes niet altijd rationeel en zullen ze wellicht een auto uitkiezen voor die ene wintersportvakantie per jaar.

Dit neemt niet weg dat nieuwe technologieën ook nieuwe vrijheidsgraden geven. Door bijvoorbeeld de elektrische auto onderdeel te maken van het energiesysteem hoef je zelf nooit meer te tanken. De batterij kan worden gebruikt voor het balanceren van het energiesysteem, waarmee nieuwe inkomsten kunnen worden gegenereerd voor de gebruiker. Doorontwikkeling van het bi-directioneel laden en voldoende laadpunten zijn hiervoor randvoorwaarden. Daarmee gaat de transitie naar een duurzaam mobiliteitssysteem hand in hand met de transitie van het energiesysteem.

Het is zeer waardevol dat de sectoren maritiem en luchtvaart zijn aangesloten bij missie D+. Deze sectoren kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan de maatschappelijke opgaven op het gebied van energie en klimaat. Het zorgt voor meer kritische massa, waardoor innovaties sneller kunnen opschalen. Daarnaast biedt het Nederland economische kansen, zowel in de sectoren zelf als in de (chemische) industrie waar klimaatneutrale brandstoffen/synfuels ontwikkeld worden.

25Naar een integraal bereikbaarheidsbeleid | Raad voor de Leefomgeving en infrastructuur (rli.nl)