Pijlers duurzame mobiliteit – kwalitatief beeld

Pijler 1. Sociale innovatie, transitiedynamiek

Als onderdeel van de transitie naar duurzame mobiliteit is het belangrijk om inzicht te krijgen in gedragsverandering en sociale structuren. Dit heeft twee redenen:

  1. Wat voor veel mensen nu als de ‘normaaltoestand’ wordt gezien en beleefd, is een op termijn (voor allen) onhoudbaar repertoire. Voor sommigen is deze nu al onhoudbaar of zeer negatief.
  2. Technologische beschikbaarheid betekent nog geen sociale acceptatie. Meer aandacht is nodig voor nieuwe manieren van innoveren, waarin de maatschappelijke inbedding van innovaties centraal staat. Sociale innovatie betreft een totaal nieuwe manier van denken en handelen en reageren op de externe omgeving, waardoor structuren en werkwijzen wijzigen en de samenwerking anders wordt georganiseerd.

Het gaat in transities ook sterk om het vermogen tot ondernemen en leren. Transities zijn processen van continu zoeken, experimenteren, evalueren en leren. Door verschillende experimenten en innovaties meer samen te brengen kan onderlinge kennisuitwisseling plaatsvinden, waardoor uiteindelijk optimalisatie op systeemniveau plaatsvindt. Door elkaars kennis beter in te zetten, komen nieuwe mogelijkheden aan het licht, waarbij meerdere maatschappelijke opgaven kunnen worden gediend en economische kansen worden verzilverd.

Aandachtsgebieden

  • gedragsinzichten: nudging/boosten
  • transitiedynamiek
  • sociale innovatie (gekoppeld aan TRL en SRL, nieuwe manier van samenwerken en kennisdelen)

Scope

  • intern: practice what you preach
  • Rijksbreed
  • extern: werkveld mobiliteit
  • Topsector-breed

Acties

  • Inbedding: iedere pijler besteedt aandacht aan systeemverandering, gedragsinterventies, sociale structuren en transitiedynamiek. Rol missieteam: erop sturen dat hier actief aandacht aan wordt besteed.
  • Sociale innovatie is verankerd in het monitoringsysteem IKIA via EZK. Rol missieteam: uitdragen belang richting EZK.
  • Sociale innovatie wordt ‘meetbaar’: indicatoren identificeren. Rol missieteam: accorderen SRL-niveaus voor duurzame mobiliteit.
  • Cultuurverandering in gang zetten via Innovember en ‘practice what you preach’. Rol missieteam: handelen naar het ‘nieuwe normaal’, deelname aan workshops, eventueel afleggen van werkbezoeken.
  • Bewustzijn sociale innovatie vergroten (storyline, identificeren van verschillende doelgroepen, podium bieden voor goede voorbeelden, et cetera). Rol missieteam: inbrengen in bestaande trajecten, netwerken en andere communicatiekanalen.

Pijler 2. Digitalisering en internetplatform

Door inzet van digitalisering en platforms ontstaan nieuwe mogelijkheden en flexibiliteit om mobiliteit op maat aan te bieden en het goederenvervoer te optimaliseren, te verduurzamen en zelforganiserend te maken. Zowel in het personenvervoer (MaaS) als in het goederenvervoer komen steeds meer platforms op die zich willen bezighouden met het slimmer koppelen van mobiliteitsvraag, mobiliteitsaanbod, lading, energie en capaciteit. Platforms kunnen enablers zijn voor de realisatie van slimme en duurzame mobiliteit op systeemniveau. Het zoeken en verbinden hiervan wordt ondersteund met steeds geavanceerdere techniek, zoals optimalisatiealgoritmiek, AI en data analytics van big data.

Actie

Opstellen van een white paper over de rol van platforms bij het behalen van de maatschappelijke doelen voor mobiliteit. Dit paper zou dan richting moeten geven aan onderzoek in de topsectoren Logistiek, HTSM en Energie (Missie Gebouwde omgeving), maar ook aan onderzoek dat onder de innovatiemissies wordt uitgezet door NWO, TNO en eventueel andere topsectoren.

Voorgesteld wordt om in het white paper antwoord te geven op de volgende vragen:

  1. Hoe kunnen we de platformeconomie benutten voor een optimale inrichting van het nieuwe mobiliteitslandschap, gegeven de maatschappelijke doelen (slimme en duurzame mobiliteit voor iedereen)?
  2. Welke succesvolle voorbeelden van maatschappelijk gedreven platforms zijn er internationaal en specifiek op het terrein van mobiliteit, sharing en of energie? Denk aan:
    1. Personen mobiliteit: MaaS
    2. Goederenvervoer en logistiek: sharing logistics, NLIP
    3. Energie: platform voor laadpalen?
  3. Welke marktordening voor aanbieders van mobiliteitsplatforms heeft onze voorkeur?
    1. één grote aanbieder (winner takes all)
    2. meerdere marktpartijen die onderling concurreren
    3. een overheidsplatform
    4. is verbinding van verschillende platforms wenselijk?
  4. Eigendomsverhoudingen: van wie zijn de assets waarvan de capaciteit wordt ingezet voor slimme concepten?
  5. Verdienmodellen: wie verdient hier nu geld mee en hoe worden de winsten verdeeld tussen bezitters, gebruikers en platform?
  6. Governance: wie houdt toezicht op de belofte van dit soort platformconcepten en wie controleert wat de onderliggende technieken nu precies bewerkstelligen?
  7. Hoe kan de overheid hierin participeren?
  8. Moet standaardisatie van platforms om versneld tot opschaling te komen niet prominenter op de agenda?

Rol missieteam: het idee van het white paper bespreken, en bespreken hoe het onderzoek kan worden gefinancierd.

Pijler 3. Vervoermiddelen

De opgave voor de verduurzaming van vervoermiddelen is in twee punten weer te geven:

  1. Zero-emissie aandrijftechnologie en vervoermiddelen: Ontwikkelen, demonstreren en implementeren van (technologie voor) zero-emissie vervoermiddelen modaliteit-breed. Dit betreft batterijtechnologieën, brandstofceltechnologieën, hybride combinaties en hun toepassing in brede zin: materialen/grondstoffen, toepassing in systemen, productie. Ook het onderzoek naar de rechtstreekse toepassing van waterstof in verbrandingsmotoren (ICE) valt hieronder.
  1. Zuinige vervoermiddelen en motoren: Het ontwikkelen en toepassen van efficiëntere (zuinige) en schonere (onder andere middels after treatment systemen) verbrandingsmotoren en aandrijflijnen voor zowel vermindering van energiegebruik als schadelijke emissies voor de luchtkwaliteit van voer-, vaar- en vliegtuigen. Dit betreft het verbeteren van de prestaties van verbrandingsmotoren, waar zero-emissie nog niet mogelijk is.

Scope

  • nieuwe concepten batterijtechnologie, met als drivers: verhogen van de energiedichtheid, verlengen van de levensduur, verbeteren van de veiligheid, kostenreductie, vermindering van het gebruik van kritische/schaarse materialen;
  • voor waterstof: optimaliseren brandstofcellen, productiefaciliteiten groene waterstof, verbeteren opslag.

Doelstellingen

  • focus op next generation batterijtechnologie;
  • high tech enablers (state of the art materialenonderzoek, doorbraaktechnologieën;
  • benutten innovatiekracht van Nederlandse bedrijven en aansluiten bij bredere Europese ontwikkelingen.

Acties

  • selecteren kansrijke technologieën, rekening houdend met eigenschappen modaliteiten;
  • opzetten demonstratieprojecten en testlocaties;
  • zorgen voor commitment bij kennisinstellingen, producenten technologie, producenten voertuigen en vaartuigen, maar ook bij logistieke dienstverleners en (grote) verladers om nieuwe concepten in de praktijk toe te passen.

Pijler 4. Energiedragers en motoren

Nederland zet in op volledig zero-emissie oplossingen in mobiliteit. Energieopslag (waaronder in batterijen) is dan een belangrijk onderdeel van de waardeketen van elektrische voertuigen. Nederland heeft een goede uitgangspositie op dat gebied, zowel wat betreft kennis en ontwikkeling van nieuwe batterijtypen als in de ontwikkeling van geavanceerde productiemethoden. Nederland heeft ook een sterke positie op het gebied van kennis en ontwikkeling van waterstof en technologie voor het omzetten van waterstof in elektrische energie.

Voor met name zware toepassingen is het gebruik van hernieuwbare (klimaatneutrale) brandstoffen een oplossing. Dit betreft de inzet van de hernieuwbare brandstoffen in ultraschone en zuinige verbrandingsmotoren in vervoerssegmenten waar zero-emissie (nog) niet mogelijk is (met name in zeevaart en luchtvaart). Hernieuwbare brandstoffen zijn well-to-wheel zero-emissie, zoals geavanceerde biobrandstoffen uit afvalstromen, waterstof uit groene stroom, e-fuels, et cetera. Binnen deze opgave valt ook de technologie voor distributie en opslag.

Daarnaast lopen er nieuwe onderzoeken en tests naar de toepassing van waterstof in een verbrandingsmotor (ICE) voor zwaar transport, met name vrachttransport. Een aantal OEM’s in Europa, waaronder DAF heeft zich hierin verenigd.

Scope

  • ontwikkeling e-fuels, verbeteren betaalbaarheid biobrandstoffen, aanpassen motoren op specificaties biobrandstoffen, oplossen methaanslip problematiek, et cetera;
  • bevat niet de productie van biobrandstoffen (MMIP 6 en 8 van de Topsector Energie);
  • bevat niet de ontwikkeling van vervoermiddelen zelf (andere pijler);
  • bevat niet de ontwikkeling en aanleg van laadinfra (is geen witte vlek maar loopt onder andere via de Nationale Agenda Laadinfrastructuur).

Belangrijke randvoorwaarden die we meenemen binnen de scope zijn:

  • distributie van energiedragers (veelal een witte vlek);
  • monitoring van gebruiksfase connectiviteit/data delen;
  • vraagbundeling van batterijen (cellen en modules).

Doelstellingen

  • versneld opschalen en Nederlandse partijen een mondiale concurrentiepositie geven door:
    • inzetten van modulariteit en standaardisatie op vormfactoren in ontwerp en control interfaces;
    • vraagbundeling voor huidige batterijtechnologie om zo schaalgrootte te bereiken voor Nederlandse spelers van zero-emissie voer-, vaar- en vliegtuigen. Modulariteit inbrengen.
  • ontwikkelen, demonstreren en implementeren van (technologie voor) zero-emissie voertuigen in verschillende modaliteiten, zowel in het energiesysteem als in verbinding met de ‘buitenwereld’ (eenduidige taal);
  • het ontwikkelen en toepassen van zuinige en schone verbrandingsmotoren voor verschillende modaliteiten (onder andere waterstof rechtstreeks invoeren in verbrandingsmotor) en technologie voor vermindering van het energiegebruik van voer-, vaar- en vliegtuigen. Daaronder vallen onder andere het ontwikkelen, demonstreren en toepassen van technologieën voor distributie en toepassing van geavanceerde (al dan niet synthetische) biobrandstoffen, waterstof en Power-to-X brandstoffen (electrofuels).

Acties

Toewerken naar standaardisatie

  • uitwerken van een standaardisatieprotocol op vormfactoren en control interfaces voor diverse modaliteiten. Rol missieteam: gezamenlijk opdrachtgeven voor het uitwerken van het protocol en hiervoor 160k beschikbaar te stellen (40k per topsector en 40k door IenW);
  • versterken van het ecosysteem door een virtuele en fysieke ontmoetingsplek te creëren voor open innovatie. Daarbij door te bouwen op bestaande plekken als de Automotive Campus in Helmond en de High Tech Campus in Eindhoven. Rol missieteam: opdracht geven voor opstellen van een signaalnotitie hierover;
  • opstellen van een strategisch afwegingskader om oplossingen te toetsen op duurzaamheid, beschikbaarheid, kosten, karakteristieken van distributie (lokale productie, vrachtwagens, pijpleiding) enz. Rol missieteam: inbrengen in bestaande trajecten, waaronder economische herstelacties corona.

Professionaliseren Batterijstrategie

  • meer sturing vanuit missieteam op de Nationale Batterijstrategie;
  • overzicht maken van de Europese initiatieven op batterijen en versterken van de Europese lobby (verantwoordelijkheid IenW);
  • met de industrie onderzoeken of er inkoopcollectief op cel of module kan worden gebouwd (verantwoordelijkheid EZK);
  • organiseren batterijen challenge in het kader van een circulaire economie.

Rol missieteam: aandacht vragen voor de uitvoering van de Nationale Batterijstrategie bij IenW en EZK, opdracht geven aan het uitvoeringsteam om samen met RVO een rondetafelbijeenkomst te organiseren.

Pijler 5. Smart mobility & logistics

Doelstellingen

  • ontwikkeling van generieke technologische enablers en nieuwe mobiliteitsconcepten en diensten voor personen en goederenvervoer;
  • ontwikkeling van handvatten om bovenstaande nieuwe producten en diensten optimaal te laten bijdragen aan het oplossen van maatschappelijke uitdagingen;
  • bijdrage aan MMIP 10.1 (Weten wat mensen beweegt) 10.4 (Transitieondersteunende kennis en tools (publiek perspectief) ten behoeve van adaptief programmeren).

Acties

  • verkennen in hoeverre principes van de Basis Datadelen Infrastructuur (goederenvervoer) en MaaS (personenmobiliteit) van elkaar kunnen leren;
  • verkennen smart mobility oplossingen in het post-corona tijdperk (corona als momentum voor samenwerking en digitalisering).

Pijler 6. Luchtvaart en scheepvaart

Deze pijler beslaat de belangrijkste maatschappelijke opgaven van de luchtvaart- en scheepvaartsector, waar een duidelijke kennis en innovatiebehoefte is en waar kansen op het (toekomstig) verdienvermogen voor Nederland liggen. Voor luchtvaart beslaat deze pijler de vier publieke belangen die dit kabinet wil borgen: veilige luchtvaart, een goed verbonden Nederland via de lucht, een aantrekkelijke en gezonde leefomgeving en een duurzame luchtvaart (met name klimaat). Het versnellen van de innovatie ten behoeve van de verduurzaming van de luchtvaart is noodzakelijk voor het borgen van deze publieke belangen.

Innovatie in de scheepvaart (zeevaart, binnenvaart en havens) is van groot belang voor:

  • energietransitie en klimaatbeleid;
  • behoud en versterking van de logistieke functie van maritiem vervoer (toegevoegde waarde voor Nederland);
  • milieudoelen (met name lucht- en waterkwaliteit);
  • efficiency van het gehele mobiliteitssysteem: modal split, zo mogelijk modal shift van weg naar water (en spoor).

Deze pijler richt zich daarnaast nadrukkelijk op het verkennen en verzilveren van samenwerking tussen luchtvaart en scheepvaart op het terrein van innovatie.

Doelstellingen

  • vergroten van kennis met betrekking tot slimme, betrouwbare, veilige en duurzame luchtvaart en scheepvaart;
  • versnellen van het innovatieproces en opschalen van innovaties met betrekking tot slimme, betrouwbare, veilige en duurzame luchtvaart en scheepvaart;
  • versnellen van de transitie naar een duurzame luchtvaart en scheepvaart.

Deze pijler biedt kansen voor de Nederlandse maakindustrie, lucht- en scheepvaartsector en kennisinstellingen om hun koppositie uit te breiden. Daarnaast kan een impuls worden gegeven aan de transitie naar een toekomstbestendige duurzame petrochemische en maakindustrie in Nederland.

Acties

  • versnellen innovatie en opschaling van duurzame (bio- en synthetische) brandstof voor inzet in de grote binnenvaart en scheepvaart en grote commerciële luchtvaart;
  • versnellen innovatie van nieuwe (hybride) elektrische ontwerpen en aandrijflijnen voor binnenvaart en kleine luchtvaart, inclusief de benodigde infrastructuur op land;
  • stimuleren van de toepassing van waterstof als brandstof of via brandstofcel;
  • stimuleren van de ontwikkeling van slimme schepen en vliegtuigen en infrastructuur (inclusief autonoom, navigatie en communicatietechnologie) ten behoeve van veiligheid, efficiency en duurzaamheid;
  • stimuleren van de ontwikkeling van slimme afhandeling (wal, schepen en modal shift) via achterlandvervoer (smart logistics) en digitalisering.

Pijler 7. Integrale gebiedsontwikkeling en infra

De opgave om te komen tot een toekomstbestendig mobiliteitssysteem is gerelateerd aan de effecten van het mobiliteitssysteem op de leefomgeving en de ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden. Strategieën om te komen tot een toekomstbestendig mobiliteitssysteem zijn gebaseerd op:

  • het vergroten van de bijdrage van het mobiliteitssysteem aan de ruimtelijke kwaliteit van de leefomgeving;
  • het beperken van de negatieve externe effecten van het mobiliteitssysteem op de leefomgeving;
  • het komen tot een geïntegreerde aanpak van opgaven binnen gebiedsontwikkeling door de mobiliteitsopgave te verbinden met andere gebiedsopgaven, zoals energietransitie, klimaatadaptatie, woningbouw, biodiversiteit en gezondheid.

Scope

  • het verbinden van opgaven uit verschillende beleidsdomeinen in een gebiedsgerichte aanpak;
  • het mede opzetten van cross-sectorale samenwerking bij de aanpak van gebiedsopgaven;
  • het mede opzetten van een quadruple helix structuur bij de aanpak van gebiedsopgaven;
  • het monitoren van de effectiviteit van een gebiedsgerichte aanpak, in het kader van het missie gedreven innovatiebeleid.

Doelstellingen

  • Versnellen en opschalen van innovaties en innovatieve aanpakken door grotere betrokkenheid vanuit het Rijk;
  • Het versterken van cross-sectorale samenwerking;
  • Het bevorderen van innovaties door een ‘demand pull’ vanuit de samenleving.

Actie

  • organiseren van meer vraagsturing en design thinking.

Resultaten pijlers missie D+ in 2020

De vorige paragrafen beschreven de context waarbinnen de pijlers uit het missiegedreven innovatieprogramma werken. Hieronder volgt een beschrijving van de belangrijkste resultaten aan de hand van drie bewegingen/transities die missie D+ voorstaat.

Van modaliteit naar mobiliteit

  • Luchtvaart en scheepvaart zijn toegevoegd aan het missieteam, waarmee alle modaliteiten zijn vertegenwoordigd.
  • De roadmap klimaatneutrale brandstoffen is opgeleverd. Deze is van toepassing op alle modaliteiten. Dit is een nadrukkelijke samenwerking met missie C (Een klimaatneutrale industrie met hergebruik van grondstoffen en producten), waar de productie van brandstoffen plaatsvindt en missie E (Een netto klimaatneutraal landbouw en natuursysteem), waar een deel van de grondstoffen vandaan komen. Dit zal in 2021 leiden tot een innovatie-subsidieregeling vanuit de Topsector Energie.
  • Een haalbaarheidsstudie batterijtechnologie is gestart in samenwerking met de Topsector Energie/Systeemintegratie. Daarmee kan een belangrijke randvoorwaarde worden ingevuld om voertuigen onderdeel van het energiesysteem te maken.
  • Er is gestart met het opstellen van een white paper digitalisering en platforms in samenwerking met de Topsector Logistiek.

Inzet op sociale innovatie

  • Er zijn drie signaalnotities opgesteld over de noodzaak tot meer aandacht voor sociale innovatie in vooral technologisch georiënteerde programma’s. Deze hebben geleid tot meer aandacht voor dit thema.
  • Samen met de Topsector Energie/TKI Urban Energy en Systeemintegratie is een NWO-call sociale innovatie opgezet. Deze is in 2021 online gegaan.
  • Met het missieteam is er een sessie systeembewustzijn en systemisch leiderschap georganiseerd. Deze gaf een duidelijke verdieping over rollen en krachtenvelden. Een directe uitkomst was de opzet van het innovatieprogramma Heavy duty laadinfra.
  • Er zijn een maand lang bijeenkomsten over sociale innovatie georganiseerd in het kader van Innovember.
  • Er is richting gegeven aan het Delta Instituut (i.o.) voor ruimtelijke ordening, stedelijke bereikbaarheid en mobiliteit. Dit instituut zal in 2021 van start gaan.

Samenwerking tussen sectoren

  • Er is een Heavy duty laadinfra programma opgesteld. Dit is een directie samenwerking tussen de topsectoren Logistiek, Energie en HTSM. Met dit programma worden institutionele barrières overwonnen, die het samenwerken bemoeilijken.
  • De R&D in de mobiliteitssector wordt hard geraakt door de coronacrisis. Daartoe heeft het kabinet besloten voor deze sector een steunpakket van € 150 mln in te richten. Het missie D+ programma is als uitgangspunt voor de regeling genomen.
  • Zeven consortia hebben ingeschreven op de MOOI-regeling van de Topsector Energie op de verbinding tussen mobiliteit en gebouwde omgeving.