Factsheet Alternatief bij stremming fietsverbinding

Door de toegenomen toegankelijkheid van de e-bike en door het beleidsmatig stimuleren van fietsen is het aantal afgelegde fietskilometers met circa 10% gestegen tussen 2010 en 2019[1]. Daarmee wordt het steeds belangrijker om fietsers ook tijdens werkzaamheden goed te faciliteren. Deels om bestaande fietsers op de fiets te houden en anderzijds om automobilisten te verleiden om over te stappen naar de fiets/e-bike.

Werkzaamheden aan de weg kunnen daarvoor dienen als ‘compelling event'. Afhankelijk van de werkzaamheden kunnen maatregelen genomen worden die het fietsen mogelijk houden of aantrekkelijker maken. In onderstaand beslisschema is de volgorde van wenselijkheid weergegeven. Belangrijk is om daar de doelgroep goed in beeld te brengen. De behoefte van recreatieve fietsers is anders dan van dagelijkse gebruikers voor werk en school.

Beslisschema Alternatief stremming fietsverbinding
Beslisschema Alternatief stremming fietsverbinding
  1. Het verbeteren van fietsinfrastructuur

Veel werkzaamheden kunnen zo uitgevoerd worden dat er geen overlast is voor fietsers. Voorbeelden daarvan zijn stroomwegen waar geen parallelle fietsinfrastructuur is. Duidelijke voorbeelden zijn natuurlijk snelwegtunnels of bruggen zonder parallel fietspad. In dat geval kan de fiets dienen als alternatief voor de capaciteitsvermindering en moet de focus gericht zijn op optimale fietsomstandigheden. Dit kan door al bekende knelpunten versneld aan te pakken.

Voorbeelden zijn:

  • fietsers meer groen geven bij verkeerslichten
  • aanleggen van (extra) verlichting om sociale en verkeersveiligheid te verbeteren
  • wegnemen van knelpunten op het gebied van veiligheid door het scheiden van verkeersstromen, bijvoorbeeld bij een kruising met bouwverkeer
  • naast harde infrastructuur kan ook gewerkt worden aan stimulerend beleid door de werkgever. Bijvoorbeeld door stallingen, douches, aanschafsubsidie, kilometervergoeding of ontmoediging van autogebruik.
  1. Richt fietsinfrastructuur comfortabel in voor de tijdelijke situatie

De fiets blijft bij tijdelijke maatregelen vaak onderbelicht. Het gevolg is een rommelige inrichting van het werkvak waarbij de verharding ongelijk is, de situatie onduidelijk en verlichting onvoldoende. Door een verhoogde aandacht kan dit voorkomen worden. Zo kunnen aanvullende contracteisen worden gesteld boven op de CROW-richtlijnen.

Voorbeelden zijn:

  • comfortabele verharding. Asfalt in plaats van tijdelijke stalen of betonnen rijplaten.
  • plaatsing van extra verlichting om de afwijkende situatie goed weer te geven
  • brede fietspaden met ruimere bochten voor snellere en bredere fietsen
  • probeer langdurige inzet van verkeersregelaars te voorkomen vanuit kostenoogpunt en agressie. Dit kan door fysieke maatregelen te nemen.
  1. Richt fietsomleiding comfortabel in

Fietsers zijn nog gevoeliger voor omleidingen dan ander wegverkeer, omdat de snelheden over het algemeen lager liggen. Met het toenemen van de omrijtijd wordt fietsen dan ook minder aantrekkelijk. Een omleiding met weinig extra reistijd heeft dan ook de voorkeur. Om de omleiding aantrekkelijk te maken kunnen maatregelen noodzakelijk zijn:

  • plaatsen van extra verlichting als een omleidingsroute onvoldoende verlicht is
  • wegnemen van obstakels die fietsen minder comfortabel maken (drempels, paaltje, langsparkeren enzovoort)
  • vaste bewegwijzering aanpassen aan een tijdelijke situatie, eventueel door permanente bewegwijzering toe te passen
  1. Richt tijdelijke infrastructuur in ter hoogte van de werkzaamheden

Omleidingen zijn niet altijd beschikbaar en het bestaande fietspad wordt teveel gehinderd door de werkzaamheden. Een nieuw tijdelijk fietspad kan dan soelaas bieden om de hinder te beperken en veel onduidelijke situaties te voorkomen.

Voorbeelden zijn:

  • comfortabele verharding. Asfalt in plaats van tijdelijke stalen of betonnen rijplaten.
  • plaatsen van extra verlichting om de afwijkende situatie goed weer te geven
  • brede fietspaden met ruimere bochten voor snellere en bredere fietsen
  • vaste bewegwijzering aanpassen aan de tijdelijke situatie
Figuur 1 Tijdelijk fietspad voor nieuwbouw
Figuur 1 Tijdelijk fietspad voor nieuwbouw
  1. Veerpontjes tijdens werkzaamheden

Veerponten worden ingezet als tijdelijke maatregel bij wegwerkzaamheden, met name bij afsluitingen van bruggen en tunnels. Door het mogelijk maken van vervoer van fietsers, voetgangers en OV(-bussen) dragen pontjes bij aan de directe lokale bereikbaarheid en het verminderen van drukte op alternatieve (omrij)routes. Het kan hier gaan om geheel nieuwe voorzieningen of om een uitbreiding op het bestaande aanbod. Het aantal gebruikers hangt af van de directheid, omdat de wachttijd en in- en uitladen zorgen voor vertraging.

Voorbeelden zijn:

Een belangrijk aandachtspunt zijn de vaartijden. Vaak zijn die niet 24 uur per dag en moet alsnog een omleiding worden gefaciliteerd. Daarnaast kan bij succes ook de behoefte ontstaan om de pont na de werkzaamheden in te blijven zetten. Vroegtijdig nadenken over de financiering daarvan moet dan mee worden genomen.

  1. Fiets per bus met aanhanger

Als fietsinfrastructuur gestremd is, vervoer over water onmogelijk of onwenselijk is dan kan de inzet van een bus(je) met aanhanger een alternatief zijn. Door de wachttijd en extra tijd benodigd voor laden en lossen wordt dit pas een interessant alternatief vanaf 20 minuten omrijtijd. Het alternatief zorgt sowieso voor extra reistijd, minder comfort en verlies aan flexibiliteit. Het aantal fietsers op een verbinding neemt daarom sowieso af en kan op weerstand stuiten zoals bij de Maastunnel (https://rotterdamonderweg.nl/nieuws/maastunnel-start-aanpak-fiets-en-voetgangerstunnel-september-2019 bezocht 28-11-2022). Ook bij de Afsluitdijk voldeed de inzet van de fietsbus niet aan de specifieke wensen van de fietsers op de Afsluitdijk. Recreatieve fietsers hebben immers andere voorkeuren dan forenzenfietsers. Voor inzet moet dan ook een zeer goed beeld zijn van de gebruikersgroep die bediend moet worden met deze maatregel.

Voorbeelden zijn:

  • inzet van fietsbus op de Afsluitdijk
  • inzet van busje met aanhanger bij brug Sas van Gent

Een belangrijk aandachtspunt zijn de rijtijden. Vaak zijn die niet 24 per dag en moet alsnog een omleiding worden gefaciliteerd.

  1. Accepteer overlast en communiceer met gebruikers

Soms zijn goede alternatieven niet beschikbaar en moet (grote) overlast geaccepteerd worden. Fietsers kunnen dan op een andere manier bereikt worden dan wegverkeer. De herkomst en bestemming is namelijk lokaler en de rijsnelheid is lager. Daarbij maken ze nauwelijks gebruik van navigatiesystemen. Methodes om het aan te pakken:

  • Neem fietsers structureel op de in de communicatie. Ook als er geen overlast is (project renovatie Koningstunnel 2018).
  • Communiceer langs de weg specifiek voor fietsers en leun niet op reguliere vooraankondiging.
  • Communiceer lokaal met doelgroepen: brieven, gemeentewebsite, lokale media enzovoort.
  • Benadruk ook positieve effecten van omfietsen zoals een hoger calorieverbruik.

Bereikbaarheidseffecten

Bereikbaarheidseffecten zijn moeilijk te duiden en zijn afhankelijk van onder andere de volgende factoren:

  • rijtijd auto in vergelijking met de rijtijd fiets
  • comfort van de fietsroute
  • veiligheidsbeleving
  • directheid van de route
  • fietsen kent seizoensinvloeden
  • flankerend beleid van de werkgever/bestemming door bijvoorbeeld stallingsplekken, douches, aanschafsubsidie en kilometervergoeding te faciliteren

Effecten lange termijn

Het grootste effect moet gezocht worden in een aantrekkelijk alternatief voor autogebruik op de korte en middellange afstand.

Factoren die van invloed zijn op de lange termijn:

  • reistijd per fiets vergeleken met de reistijd per auto
  • kwaliteit van de fietsinfrastructuur
  • duur van de tijdelijke maatregelen
  • ondersteunend beleid door de werkgever

Als op deze elementen goed wordt ‘gescoord’ is het aannemelijk dat een deel van de fietsers ook na de werkzaamheden het gedrag blijft vasthouden.

Duurzaamheidseffecten

Fietsen is duurzamer dan het gebruik van de auto of het openbaar vervoer. Zelfs als er gebruik wordt gemaakt van een elektrische fiets of speedpedelec. Een stijging van het aantal fietsers ten koste van autoritten zorgt dan ook voor een reductie van de uitstoot. De bereikte reductie in stikstof en CO2 is sterk afhankelijk van het type autorit dat wordt vermeden en met welk voertuig. Naast uitstoot zorgt fietsen ook voor minder vervuiling in de vorm van stof, geluid en licht en zijn er positieve effecten op de gezondheid.

Op het moment dat voor werkzaamheden gebruik wordt gemaakt van een veerpont en bus kan het zijn dat de uitstoot stijgt als dit ten koste gaat van fietskilometers. Positief is dat een groeiend aantal veerverbindingen en bussen wordt geëlektrificeerd waarmee het gebruik van fossiele brandstoffen fors kan worden verminderd of zelfs weggenomen.

Variabelen die van invloed zijn op effecten

Er zijn veel variabelen die invloed hebben. Voor deze factsheet worden drie hoofdcategorieën gebruikt met de belangrijkste variabelen.

Context

De context waarbinnen de maatregel genomen wordt heeft veel invloed op het effect.

  • lang omrijden met de fiets zorgt ervoor dat fietsen minder aantrekkelijk wordt
  • veel vertraging voor autoverkeer zorgt ervoor dat fietsen concurrerender wordt
  • wegwerkzaamheden voor autoverkeer of afsluitingen kunnen ervoor zorgen dat fietsen aantrekkelijk wordt

Stimuleringsmaatregelen

  • Werkgeversaanpak: door faciliterend beleid kan fietsen aantrekkelijker worden gemaakt voor werknemers. Dit kan met fysieke maatregelen (stalling, laadplekken, douche enzovoort), maar ook met niet-fysieke maatregelen als aanschafregelingen voor een fiets, een vergoeding voor fietskilometers en het ontmoedigen van autogebruik.
  • Fietsstimuleringsprojecten kunnen zorgen voor meer fietsgebruik bijvoorbeeld door gamification, communityvorming of een kleine vergoeding.
  • Marketing en communicatie kunnen de bekendheid van werkzaamheden en maatregelen vergroten waardoor meer gefietst wordt.

Kwaliteit alternatieven

  • Comfort, kwaliteit en nabijheid van alternatieven zorgt voor een hogere aantrekkelijkheid en een snellere verbinding waardoor fietsen interessanter wordt. Het kan gaan om verharding, verlichting en afstelling van verkeerslichten.
  • Een hogere frequentie van een veer maakt deze aantrekkelijker voor de gebruikers, omdat de maximale wachttijd daarmee afneemt en daarmee de verbinding zelf aantrekkelijker. Voor de bus geldt een soortgelijke redenering.
  • Duidelijkheid over de vertrektijden en bewegwijzering (bijvoorbeeld via een app) draagt eveneens bij aan een betrouwbare reistijd, en heeft daarmee invloed op de effecten.

Kosten

De kosten voor de maatregelen kennen een grote bandbreedte en zijn van veel factoren afhankelijk.

  • Aanleg van nieuwe infrastructuur zorgt over het algemeen voor hoge kosten en een lange doorlooptijd. De kosten lopen op als nieuwe kunstwerken noodzakelijk zijn of als er behoefte is aan verlichting of een geregelde kruising.
  • Tijdelijke maatregelen zijn goedkoper dan aanleg van nieuwe infrastructuur. De kosten worden beïnvloed door de hoeveelheid en duur dat de maatregelen nodig zijn. Zo zijn de kosten voor aanpassing van de bewegwijzering laag, maar kan het oplopen als er tijdelijk asfalt noodzakelijk is.
  • Alternatieven met de bus en pont zijn vaak kostbaar. Dit komt door vier factoren: inzet van materieel, inzet van personeel, brandstofverbruik en de (tijdelijke) aanlegvoorzieningen.
  • Stimuleringsmaatregelen zijn over het algemeen goedkoper, maar de effectiviteit is vaak lastig vast te stellen. Hetzelfde geldt voor communicatie.

Aandachtspunten

De aandacht voor de fiets is de afgelopen jaren enorm toegenomen. Door de flexibiliteit, lage investeringskosten en de positieve effecten op het milieu, ruimte en gezondheid. De fiets moet dan ook een volwaardige plek hebben in de hinderaanpak. Dit omdat fietsers gehinderd worden of omdat ze een kansrijk alternatief zijn voor auto of OV-gebruik.

Geraadpleegde bronnen

  1. Mobiliteitsbeeld 2021 (KIM, 2021)
  2. Bereikbaarheidsplan Renovatie Velsertunnel: van tegenstand tot medestand! (Taner et al., (2016).
  3. Openbaar vervoer, meer dan een verplaatsing van Zaandam naar Amsterdam. Variantenstudie bootverbinding voor openbaar vervoer vaan Zaanstad naar Amsterdam. Afstudeerrapport NOVI verkeersacademie – HBO Verkeerskunde (2013).
  4. Personenvervoer over Water. Samenhang bestaande voorzieningen en initiatieven voor korte termijn in relatie tot visie langere termijn (Gemeente Rotterdam, 2016).
  5. Snelweg over de Maas. Personenvervoer over water in de Rotterdamse Regio. (Economic Development Board Rotterdam, 2008)
  6. Vervoer over water trekt vooral fietsers. (Cees Doeser, Grontmij, 2011).
  7. Water: Personenvervoer vaart er wel bij! (Provincie Zuid-Holland, MRDH, Gemeente Rotterdam, Drechtsteden & Havenbedrijf Rotterdam, 2017).

Contactpersoon/meer informatie

Neem contact op met het adviesteam Slim Reizen.


Vuistregels

  • effect bereikbaarheid:
    <7,5km alternatief fiets en e-bike
    >7,5 km alternatief e-bike
  • kosten: €200-300 per dienstregelingsuur voor een pont
  • €250.000 voor een tijdelijk ponton
  • taxibus en  aanhanger €100-150/uur